Verslag discussiebijeenkomst 'Toezicht en private borging'
In onze complexe en dynamische samenleving komt de traditionele top-down wijze van regulering en toezicht steeds meer onder druk te staan. Wat is er aan de hand? Wat zijn mogelijke oplossingen en wat zijn daar de implicaties van? Een verslag van de discussiebijeenkomst, begin januari in Den Haag. Een initiatief van de Inspectieraad als onderdeel van het programma Innovatie Toezicht.
Toezichthouder van zwart-wit naar veelkleurig
Hoe betrouwbaar is de private borging van publieke belangen? Kan een publieke toezichthouder hiervan gebruik maken en zo ja, wat vraagt dit van de toezichthouder? En bij wie ligt de uiteindelijke verantwoordelijkheid om vast te stellen of private borging effectief is? Ruim dertig toezichthouders, beleidsmakers, wetenschappers, vertegenwoordigers uit de certificeringswereld en andere uitvoerders bogen zich op 8 januari in Den Haag een middag lang over deze 3 vragen. Het doel? De mogelijkheden en implicaties verkennen van private borging van publieke belangen in relatie tot toezicht. En om input te vergaren voor vervolgacties.
Meta-toezicht
De discussienotitie ‘Toezicht en private borging’ van wetenschapper Martin de Bree (Erasmus Universiteit), gemaakt in opdracht van Bureau Inspectieraad, was vertrekpunt van de discussie. Daarin verkent hij de mogelijkheden van vormen van meta-toezicht. Daarbij toetst de toezichthouder de private borging op haar doeltreffendheid en houdt steekproefsgewijs reality checks ter verificatie. De Bree bij de aftrap van de discussie: “Je ziet dat de neiging is om de of-of discussie te voeren, oftewel: moet toezicht publiek of privaat zijn? Maar alleen publiek toezicht is onhaalbaar. We kunnen niet achter elke ondernemer een controleur zetten. Daar staat tegenover dat toezicht volledig overlaten aan de private markt ook niet kan omdat dit te weinig zekerheid geeft over de kwaliteit en de borging van publieke belangen. Dus zullen we het moeten hebben over hoe beide vormen elkaar kunnen verstaan en in elkaar kunnen grijpen.”
Veel en divers
Maar hoe doe je dat? En wat zijn daarvan de implicaties voor de toezichthouder? Al snel blijkt tijdens de discussie dat de deelnemers het onderwerp belangrijk vinden. En er is een grote bereidheid om samen actief op zoek te gaan naar gemeenschappelijkheid. Wel is het zo dat de breedte van het vraagstuk en van het werkveld het zoeken naar generieke oplossingen lastig maakt. Al is het maar omdat er veel verschillende beelden bestaan over ‘private borging’ en omdat de gebruikte terminologie over dit onderwerp vaak sectorafhankelijk is. Ook maakt de veelheid en diversiteit van het inspectiewerk het vraagstuk er niet eenvoudiger op: de ene sector is de andere niet. “Neem de installatiebranche”, opperde een deelnemer aan de bijeenkomst. “Die bestaat uit 1.500 bedrijven van anderhalve persoon. Ga daar maar eens situationeel het gesprek mee aan.” En dan hebben we ook nog te maken met verschillende niveaus: met private borging op productniveau of dienstenniveau, op instellingsniveau en sectorbreed. Toch bestaat er wel degelijk behoefte om een generiek kader of visie te ontwikkelen over private borging, die voor alle toezichthoudende organisaties geldt.
Andere rol
Duidelijk is dat de toezichthouder van de toekomst naar een andere rol groeit, zo constateren de deelnemers aan de discussie. Van straffend naar motiverend, van zwart-wit naar veelkleurig. Meer flexibel opererend, in een situationeel afhankelijke operatiemodus. Zo is goed denkbaar dat de toezichthouder van de toekomst branches slim gaat motiveren door belangrijke trends te delen. Branches activeren dus om zelf de veiligheid en kwaliteit in de gaten te houden. En waar nodig en nuttig samenwerken met instellingen voor accreditatie en certificerende instanties. Ook zal die toezichthouder dan soms wel en soms niet tot harde normstellingen komen, soms wel en soms niet op afstand blijven. Afhankelijk van de context. Met als voorwerk uiteraard dat publiek en privaat het eerst eens zijn over de risico’s. Randvoorwaarde daarbij is wel dat er een zekere overlap is in de belangen van de verschillende betrokkenen.
Nok van het circus
Zo’n situationele aanpak vraagt aan de kant van de toezichthouder dan wel om haarscherpe analyses van de sector, de kwaliteit van de private borging en van de risico’s. Met dus meer aandacht voor onderzoek en analyse, het belang van data. En soms is ook vasthoudend onderzoek nodig. Want het kan niet zo zijn dat we toezicht houden en verantwoordelijk zijn zonder dat we weten waarop en waarvoor. Maar het vraagt dus ook wat van de andere betrokken partijen. Om die nieuwe rollen van toezicht en veldpartijen te kunnen pakken moet ‘de nok van het hele circus’ meedoen: de top van bedrijven, van de inspectie en de politieke top. Innovatie van het toezicht vraagt om ruimte. Alle ‘geledingen’ moeten positie innemen, worden opgeleid in het nieuwe toezicht en een cultuur faciliteren, passend bij een lerende organisatie. Ad hoc reageren op elke individuele incident werkt contra-productief. Anders gaat het niet werken, zo is de breed gedeelde opvatting.
Hoger abstractieniveau
Inleider Martin de Bree toonde zich na afloop van de bijeenkomst blij met de resultaten van de ‘verkenning’. “Ik proef de noodzaak en de bereidheid om gezamenlijk tot een hoger abstractieniveau te komen, want in het specifieke van de verschillende sectoren komen we nauwelijks tot overlap. Op het niveau van sectoranalyses is het echter wel mogelijk om tot een gezamenlijk verhaal te komen. Als je als toezichthouder innovatie wilt, dan kan dat helpen om tot een gezamenlijk statement te komen.” Daarnaast stelt hij ook vast dat loskomen van de traditionele rol voor inspecties fikse implicaties heeft. “Dat vereist dat je als toezichthouder heel goed weet waar je mee te maken hebt. En vervolgens is het dan zaak daar een passende stijl bij te vinden.”
Zo gaan we verder!
Hoe kijken Jaap Slootmaker (wnd Inspecteur-Generaal bij de Inspectie Leefomgeving en Transport) en Theodor Kockelkoren (Inspecteur-Generaal der Mijnen) terug op de discussiemiddag over toezicht en private borging? Wat viel hen op? En hoe willen zij met dit onderwerp verder?
Jaap Slootmaker: ‘Breng structuur aan’
“Het komt op mij nog wel over als een heel groot vraagstuk, met veel verschillende contexten en werkelijkheden. Hoe brengen we dat nu succesvol verder? Als we met elkaar een abstractieniveau hoger denken komen we dezelfde vraagstukken tegen, dan kunnen we paralellen vinden. Dat helpt ons bovendien om dezelfde taal te spreken. Vervolgens kunnen we dan kijken welk arrangement bij welke typologie hoort. Mijn pleidooi is dan ook: breng structuur aan in deze hele grote discussie. Dat kan met alle ervaring en met de vele good practices die we al in huis hebben.”
Theodor Kockelkoren: ‘Hoe kunnen we het concreet en hanteerbaar maken?’
“Mijn eerste gedachte is: wat wordt private borging ontzettend groot gemaakt. Het gaat niet alleen over sectoren, maar ook over de borging binnen individuele organisaties. Het is een enorme chunk die we vastpakken. Tegelijkertijd overheerst het inzicht dan we het met het klassieke top-down controleren niet gaan redden. En dat private borging daar een mogelijke oplossing voor kan zijn. Mij lijkt het vooral nuttig om nu te kijken hoe we verschillende sectoren kunnen stimuleren. Wat zijn condities om die private borging succesvol toe te passen, zoals bijvoorbeeld bij de luchtvaart? Waarom was dat zo? En kan dat ergens anders ook? Laten we beginnen er eentje vast te pakken als drager, voordat we ons overeten.”
Agenda
De discussie over ‘Toezicht en private borging’ krijgt de komende maanden op meerdere manieren een vervolg. Een overzicht.
- Op 12 februari discussieert de Inspectieraad over dit onderwerp. De uitkomsten van de discussiebijeenkomst van 8 januari vormen daarvoor input.
- Dit voorjaar gaat de maatschappelijke dialoog over de toekomst van toezicht van start, als onderdeel van het Programma Innovatie Toezicht. Ook daar zal ‘private borging’ onderwerp van gesprek zijn.
- In de Wetenschapsagenda Toezicht zal nadrukkelijk aandacht komen voor dit onderwerp. Vragen als ‘Hoe kunnen we een sector stimuleren’ kunnen daar wellicht een plek in krijgen
- Op 26 maart is het Toezichtfestival. Ook daar komt private borging in relatie tot toezicht aan de orde.
Tekst: Eric Went
Fotografie: Paul Barendregt